Vroeger, toen ik nog met grote mensen werkte, was een probleem een probleem. Groot of klein, het probleem bleef een probleem, ook al werd het genegeerd of ging het een week op skivakantie. En ook al gaf ik het aandacht aandacht aandacht, het probleem verwachtte van mij niet minder dan een oplossing.
Dat is anders nu. Wat vandaag een probleem is, hoeft dat morgen niet te zijn. Meer nog: is dat waarschijnlijk morgen niet. En andersom.
Soms heb je heel het weekend gespendeerd aan het ontdekken van een leertoepassing die werkelijk heel de klaservaring voorgoed gaat veranderen. Om eenmaal in de klas te ontdekken dat alles al veranderd is. De problemen kijken je recht in de ogen. Even doen alsof ze er niet zijn is niet aan de orde. Aandacht kan een oplossing zijn, maar kan ook meer problemen veroorzaken. Je onverdeelde aandacht schudt sowieso alles door elkaar. En als de problemen geschud willen worden, zijn de mogelijkheden eindeloos.
Zien wat er geschud kan en wil worden, dat is volgens mij dé 21st century skill van de leerkracht. Dat – en een innovatieve leertoepassing achter de hand hebben voor het geval er niks boucheert.
Wat ook kan, is dat dit nog niet de echte problemen zijn. Daarover dan later meer.